Dag 2

Dag twee, 25 mei 2012
Kedichem – Antwerpen
123 km

Na een iets te korte nacht kreeg ik een heerlijk ontbijt bij de B&B en een lunch pakketje mee voor onderweg. Weer heerlijke wind mee, zeker op de dijk in de richting van Gorinchem. In Sleeuwijk kwam ik toevallig langs een winkelcentrum waar ik nog snel een paar boodschappen kon doen, de sleutels van het B&B met aangetekende post kon terugsturen en mijn zonnebril laten repareren… Dat laatste was wel geweldig, de mensen waren er een half uur mee bezig en wensten me daarna een ‘goede reis’!

Van Sleeuwijk naar Raamsdonksveer was zwaar… Continu een zware zijwind met windstoten, langs de snelweg. In Raamsdonksveer kwam een auto plotseling langzamer naast me rijden met een hand uit het raam schreeuwend : goede reis… De gele vlag van Santiago wordt duidelijk door een aantal mensen herkend.

In Prinsenbeek een korte tussenstop bij Marieke, waar het nodige vocht werd bijgetankt. Na ook hier te zijn uitgezwaaid, ging de tocht verder naar Antwerpen. Het plan was om onderweg te gaan stempelen bij het klooster van Zundert. Helaas was dit klooster in verbouwing en was niemand bereikbaar…
De wind maakte de tocht echt zwaar en lang. Uiteindelijk bereikte ik pas om 20:00 uur Antwerpen, waar ik wel redelijk snel mijn hotel had gevonden.
Na het inchecken bleek men zich de afspraak niet zo goed te kunnen herinneren dat mijn fiets binnen kon staan. Na wat aandringen bleek het wel mogelijk, maar dan moest ik wel zelf mijn fiets naar de kelder tillen via een klein smal wenteltrapje… Na 120km fietsen was dat vervelend, maar vooruit. Mijn kamer bevond zich op de derde etage, maar gelukkig was er een lift.
Volgens mij is het echter niet de bedoeling dat je deze lift naar beneden laat komen, want zodra ik dat deed, sloeg hij over op ‘buiten gebruik’… Wat uiteindelijk resulteerde in het feit dat ik 3x alle trappen op en af kon lopen om al mijn bagage boven te krijgen.
Hotel Billiard Palace deed zo zijn naam wel eer aan…
Maar enfin, ik had Antwerpen gehaald, de kamer gekregen, mijn spullen op de kamer, tijd om even bij te komen… Eerst maar een douche.
Nu heb je diverse soorten douches, bijvoorbeeld waterbesparende douches, hele grote douches, kleine handdouches, douches met harde straal of juist met zachte straal…
Nou dit was ook een speciaal item… Achter deze douche zat een ENORME druk. Dat moet namelijk wel, aangezien 90% van het water al door de doucheslang en de zijkant van de douche naar buiten kwam en ik toch nog nat werd op de gebruikelijke wijze…
Of de kamer een verwarming had weet ik niet meer, maar met een temperatuur binnen van 29 graden leek me het ook niet nodig dit verder uit te zoeken.
Het biljarten bleek grotendeels snooker en na een paar potjes pool hield ik het voor gezien en probeerde te gaan slapen. Het kussen was echter van zo’n mooie kwaliteit dat ik blij was dat ik mijn camping kussen op mijn kamer had! Gelukkig waren er geen muggen op de kamer, ik denk dat die gevlucht waren van de herrie die alle buren maakten….
Mooie naam voor een hotel, dat zeker wel !

Dag 1

Dag één,
24 mei 2012
Amersfoort – Kedichem, 75km

Donderdag 24 mei 2012 was het dan eindelijk zo ver, de dag van vertrek.
Om 5 uur opgestaan om de laatste dingen in te pakken en op te ruimen en dan voor nog een paar uur naar kantoor om lopende werkzaamheden over te dragen en een meeting…

Na afscheid te hebben genomen van diverse collega’s, ben ik snel naar huis gegaan en ging het inpakken verder. Door de vele bagage, brak de houder van de fiets-standaard af, waardoor ik dus al voordat ik vertrok een fietsenmaker nodig had… Een goed begin of een slechte generale? Anyway hij deed het weer en ik was klaar om te vertrekken.

Om 17.15 vertrok ik op de fiets van de Emiclaer in Amersfoort, uitgezwaaid door een uitzwaai-team! Het weer was geweldig! 24-25 graden, wind mee (noord-oost) en zonnig… Een combinatie die mij bijna uitgesloten leek om mee te maken…
De eerste stop ging deze dag zijn in Zeist, bij oom Jan en tante Aukje. Nadat ik eerst Zeist -zeer- grondig heb bezichtigd, heb ik bij hen genoten van een heerlijk bord lasagna.  En toen op weg naar het einddoel van deze dag: Kedichem (vlakbij Leerdam en Gorinchem).  De weg hiernaar toe van Zeist is vrij eenvoudig, maar voor de zekerheid had ik toch maar een paar kaartjes uitgeprint. Dit resulteerde vervolgens erin dat ik de A27 op zes verschillende plaatsen ben overgestoken (steeds iets zuidelijker…). Maar uiteindelijk zat ik weer goed en reed ik via Nieuwegein en de Macro bij Vianen door de polder in de richting van Leerdam. Toen op zoek naar Kedichem…
Ik begon me op het eind van de rit (zo rond 22:00 uur) een beetje zorgen te maken, omdat de afstand toch iets groter was dan ik had verwacht en het onderhand echt begon te schemeren, maar gelukkig vond ik het op tijd en werd welkom ontvangen door de eigenaren met een heerlijk koud biertje.
Ik was blijkbaar niet de eerste persoon die hier langs kwam op pelgrimage naar Santiago.
Al met al een heel erg vermoeiende dag, met grote tegenstellingen: eerst nog een zware dag op werk en daarna vertrekken op de fiets…

We zijn onderweg… Jacobus, here i come 🙂

Santiago de Compostela

Deze zomer (2012) ga ik proberen te fietsen van Amersfoort naar Santiago de Compostela. Momenteel ben ik nog druk met het voorbereiden, maar het meeste is ondertussen al gedaan! Nu nog wat meer trainen(!) en dan zal ik op 24 mei 2012 beginnnen met de pelgrimstocht.
Allereerst hier een kleine uitleg over de tocht naar Santiago.

 Wat is Santiago de Compostela en waar ligt het?
Santiago de Compostela is een stadje in het noordwesten van Spanje, net boven Portugal.
De naam Santiago is afgeleid van ‘sint Jacob’, de apostel Jacobus dus.
De legende gaat namelijk dat, nadat Jacobus onthoofd werd in Palestina, zijn stoffelijk overschot per boot naar de Gallische kust werd gebracht, samen met twee van zijn discipelen (Athanasius en Theodorus). Deze zouden hem hier begraven hebben. Helaas is de documentatie van deze reis de tijd niet geheel ongeschonden doorgekomen en lange tijd is daarmee het graf van Jacobus onvindbaar geweest. Maar gelukkig werd het graf in het begin van de 9e eeuw gevonden, dankzij een plaatselijke kluizenaar (Palagus). In een visioen werd hem verteld waar het graf van Jacobus was. Dit bleek zich te bevinden op een oude Romeinse begraafplaats, waar de exacte plaats werd aangegeven middels een heldere ster. Aan deze legende ontleedde deze plaats lokaal de naam “Campus Stellae”, wat betekent “Veld onder de sterren”. Dit is vervolgens verbasterd naar Compostela. Aangezien er meerdere plaatsen bestaan met de naam Santiago, werd in het Spaans de naam verduidelijkt met Santiago de Compostela. Om de exacte plaats van het graf van Jacobus te markeren is er een grote kathedraal geplaatst op deze locatie.

 Het onstaan van de bedeveaartstocht
Al sinds de Romeinse tijd was er een soort bedevaartsplaats in de buurt van Santiago de Compostela, namelijk: Finisterre. Deze plaats, zijnde het meest westelijke punt van het Spaanse continent, symboliseerde voor de Romeinen het einde van de aarde (Finis=einde, terra=aarde).
De christelijke pelgrimstochten naar Santiago echter zijn pas echt begonnen tijdens de overheersing van de islamitische Moren in Spanje en Karel de Grote tegen hen ten strijde trok. Vanuit de kloosterorde van Cluny (nabij het huidige bekende eucemenische klooster Taizé) werd de pelgrimstocht naar Santiago sterk aangemoedigd om zodoende een versterkte christelijk invloed te brengen in de Spaanse contreien. Niet alleen gingen vanaf dit moment veel echte pelgrims (vooral monniken) op reis naar Santiago de Compostela, maar ook veel veroordeelden werd de ‘straf’ opgelegd om de pelgrimage te voltooien (door zowel kerkelijke als seculiere rechtbanken).

 Tegenwoordig
Tegenwoordig zijn er vele beweegredenen waarom mensen deze tocht maken.
Voor sommigen is dit puur religieus (voor veel katholieken betekent het veel om het graf van Jacobus op te zoeken), voor anderen overheersen de culturele motieven (je ziet de meest prachtige gebouwen en landschappen onderweg) of sportieve motieven (zo snel mogelijk de afstand afleggen, of de tocht zo zwaar mogelijk maken). En uiteraard is er een zeer brede middenweg…
De meeste pelgrims lopen de tocht! Vanuit Nederland heb je daar ongeveer drie maanden voor nodig.
Veruit de meeste lopers zijn echter Spanjaarden, die in Roncesvalles beginnen en voor wie de reis “slechts” één maand kost.
Anderen, zoals ik dus, gaan op de fiets. Daarnaast zijn er ook mensen die per paard reizen, of met een ezel als lastdier.
Per jaar volbrengen meer dan honderd duizend mensen de tocht naar Santiago de Compostela!

 De route
Het meest oostelijke en noordelijkste punt van mijn hele route is mijn voordeur thuis, vanaf daar gaat de reis alleen nog maar naar het zuid-westen. In vijf dagen tijd probeer ik Parijs te halen, alwaar ik één of twee rustdagen zal proberen te nemen, afhankelijk van het weer en mijn fysieke gesteldheid. Vanaf Parijs, zal ik via Chartres, Tours, Poitiers naar Royan reizen, waar ik de Gironde oversteek. Hier vervolg ik mijn route, via Dax, St Jean Pied de Port, Roncesvalles, Pamplona, Logroño, Burgos, Leon, Ponferada naar Santiago de Compostela.  Op zich is dit natuurlijk het einddoel, maar als het kan, probeer ik door te reizen naar Cabo Finisterre.
Onderweg zal ik meestal campings bezoeken, afgewisseld met af en toe een goedkoop hotelletje, afhankelijk van vermoeidheid en weer. In Spanje zal ik veelal in de zogenaamde Refugio’s verblijven, goedkope hostels speciaal voor pelgrims naar Santiago.

 Een paar bijzondere plaatsen
Hoe meer ik ben gaan lezen over deze tocht, hoe meer ik me verbaas over hoeveel bijzondere plaatsen er onderweg liggen bij deze eeuwenoude pelgrimage!  Een paar plaatsen die in het bijzonder het vermelden waard zijn:
– Het startpunt, mijn huis
Als beginpunt van de reis en tevens zowel het meest noordelijke als oostelijke punt van de hele reis. De reis gaat vanaf hier hemelsbreed 1200 km naar het zuiden en 1200 km naar het westen.
– Chartres
In Chartres staat natuurlijk een van de beroemdste kathedralen van Europa. Het was de eerste kerk, die gebouwd werd met bogen aan de zijkant ter stutting van de muren. Dit was nodig vanwege de eis dat de kerk erg licht zou worden met grote, brede en hoge ramen. Omdat hierdoor de stevigheid van de muren in het gevaar kwam, kwam de bouwers tot de oplossing van de bogen, een oplossing die daarna veelvuldig is toegepast.
Op de vloer van de kathedraal is een labyrint gemaakt. Een van de tradities voor pelgrims is, om dit labyrint te lopen in Chartres (als het niet is volgezet met stoelen…).
 – Saint Jean-Pied-de-Port
Deze plaats is de laatste stop in Frankrijk, aan de voet van de Pyreneeën, tevens een groot ‘pelgrims knooppunt’, aangezien hier de oost-route en de west-route bij elkaar komen en overgaan in de ‘Camino Frances’. Er is hier een refugio, dat door Nederlanders wordt beheerd en waar veel vrijwilligers jaarlijks werken.
– Cruz de Ferro (nabij Astorga)
Dit is een zeer bijzondere symbolische plaats. Een grote traditie bij deze pelgrimage is namelijk, om vanuit huis een steen mee te nemen, die als het ware een zonde of last symboliseert. Op deze plek staat een grote paal, waar deze steen ritueel wordt afgelegd. Zo leg je symbolisch je last af, waarna je letterlijk ‘verlicht’ het laatste stuk van de tocht naar Santiago kan vervolgen.
 – Santiago de Compostela
Als einddoel uiteraard bijzonder. Na aankomst hier, moet je je pelgrimspaspoort overhandigen en de stempels tonen die je onderweg hebt verzameld. Als dit wordt goedgekeurd, ontvang je hier je Compostelaat.
Elke dag wordt om 12:00 uur een mis gehouden, waarin de namen van de aangekomen pelgrims worden voorgelezen (meestal echter even goed te verstaan als de paus). Eens per week wordt het grote wierrookvat, hangend aan een groot koord, door de kerk heen geslingerd. Dit schijnt echt een happening te zijn (veel filmpjes te vinden op youtube).
– Finisterre
Ook al is dit van oorsprong een Romeinse pelgrimsplaats en heeft het geen directe link met een christelijke vorm van pelgrimage (al zijn er tegenwoordig uiteraard goede aanwijzingen dat het lichaam van Jacobus hier aan land is gebracht, om vervolgens 100 km landinwaart begraven te worden), is deze plaats toch ook zeker een speciale vermelding waard. Want als je door loopt/fietst vanuit Santiago is dit ook daadwerkelijk een eindpunt, want je kan niet verder; de weg houdt echt op hier. De traditie schrijft voor dat je hier, bij de vuurtoren, een kledingstuk verbrandt (de extra kleding heb je toch niet meer nodig, de tocht zit er immers op). Tegenwoordig zijn er steeds meer pelgrims, die de tocht naar Santiago de Compostela verlengen tot aan Finisterre.

 Stempelen voor het Compostelaat
Bij aankomst in Santiago ontvang je een compostelaat. Dit is een oorkonde dat je de tocht hebt volbracht.  Je moet echter wel kunnen aantonen dat je de tocht daadwerkelijk hebt volbracht (en niet even komt invliegen). Hiertoe is het ingenieuze idee bedacht van een ‘paspoort’ en ‘stempelen’. Onderweg kan je in bijna elk plaatsje in Belgie, Frankrijk en Spanje een stempel krijgen voor je paspoort bij de grote kerken of anders de plaatselijke VVV. In totaal is er ruimte voor 56 stempels, welke ik uiteraard zal proberen allemaal in te vullen. Zo zal ik proberen stempels van onder andere de Sacre Coeur en Notre Dame uit Parijs te krijgen en uit de kathedraal van Chartres…